Voor de tweede aflevering van onze nieuwe rubriek genaamd “10 vragen aan…” zijn we in gesprek gegaan met onze topscorer.
𝗢𝗽 𝘄𝗲𝗹𝗸𝗲 𝗹𝗲𝗲𝗳𝘁𝗶𝗷𝗱 𝗯𝗲𝗴𝗼𝗻 𝗷𝗲 𝗺𝗲𝘁 𝗵𝗮𝗻𝗱𝗯𝗮𝗹?
Met 4 jaar bij kabouters van Wings.
𝗛𝗼𝗲 𝗹𝗮𝗻𝗴 𝘀𝗽𝗲𝗲𝗹 𝗷𝗲 𝗮𝗹 𝗯𝗶𝗷 𝗩𝗘𝗟𝗢?
2 jaar.
𝗕𝗶𝗷 𝘄𝗲𝗹𝗸𝗲 𝗰𝗹𝘂𝗯𝘀 𝗵𝗲𝗯 𝗷𝗲 𝗵𝗶𝗲𝗿𝘃𝗼𝗼𝗿 𝗴𝗲𝘀𝗽𝗲𝗲𝗹𝗱?
Voordat ik bij VELO kwam heb ik bij Wings/WHC en Quintus gespeeld.
𝗪𝗮𝘁 𝗶𝘀 𝗷𝗼𝘂𝘄 𝗽𝗼𝘀𝗶𝘁𝗶𝗲 𝗶𝗻 𝗵𝗲𝘁 𝘃𝗲𝗹𝗱 𝗲𝗻 𝘄𝗮𝘁 𝘃𝗶𝗻𝗱 𝗷𝗲 𝗹𝗲𝘂𝗸 𝗮𝗮𝗻 𝗱𝗶𝗲 𝗽𝗼𝘀𝗶𝘁𝗶𝗲?
Linkeropbouw en wat ik er zo leuk aan vind is dat ik zowel kan passeren als van afstand kan gooien. Daarnaast kan je ook veel teamgenoten vrij spelen wat ik ook leuk vindt. Dus er is veel variatie.
𝗪𝗮𝘁 𝗱𝗼𝗲 𝗷𝗲 𝗶𝗻 𝗵𝗲𝘁 𝗱𝗮𝗴𝗲𝗹𝗶𝗷𝗸𝘀 𝗹𝗲𝘃𝗲𝗻 𝗮𝗹𝘀 𝗷𝗲 𝗻𝗶𝗲𝘁 𝗵𝗮𝗻𝗱𝗯𝗮𝗹𝘁?
Ik studeer geneeskunde. Als er nog tijd over is vind ik het leuk om te tennissen en uit eten te gaan met mijn familie en vrienden.
𝗪𝗮𝘁 𝗶𝘀 𝗷𝗼𝘂𝘄 𝗮𝗺𝗯𝗶𝘁𝗶𝗲 𝗶𝗻 𝗵𝗲𝘁 𝗵𝗮𝗻𝗱𝗯𝗮𝗹?
Nog lang met veel plezier te kunnen handballen.
𝗪𝗮𝘁 𝗶𝘀 𝗵𝗲𝘁 𝗺𝗼𝗼𝗶𝘀𝘁𝗲 𝗺𝗼𝗺𝗲𝗻𝘁 𝗶𝗻 𝗷𝗼𝘂𝘄 𝗵𝗮𝗻𝗱𝗯𝗮𝗹𝗰𝗮𝗿𝗿𝗶𝗲̀𝗿𝗲 𝘁𝗼𝘁 𝗻𝘂 𝘁𝗼𝗲?
Nederlands kampioen in de C-jeugd en de Europa Cup. Dit waren beide erg mooie ervaringen waarbij voor veel publiek mocht spelen.
𝗪𝗮𝘁 𝘄𝗮𝘀 𝗷𝗲 𝗴𝗿𝗼𝗼𝘁𝘀𝘁𝗲 𝗵𝗮𝗻𝗱𝗯𝗮𝗹𝗯𝗹𝘂𝗻𝗱𝗲𝗿?
In de finale van een toernooi liet ik de bal uit mijn hand vallen bij een penalty.
𝗪𝗲𝗹𝗸𝗲 𝗵𝗮𝗻𝗱𝗯𝗮𝗹𝗹𝗲𝗿 𝗶𝘀 𝗷𝗼𝘂𝘄 𝘃𝗼𝗼𝗿𝗯𝗲𝗲𝗹𝗱 𝗲𝗻 𝘄𝗮𝗮𝗿𝗼𝗺?
Ik heb niet echt 1 speler die een voorbeeld voor mij is, want ik vind veel spelers goed. Maar als ik nu iemand zou moeten kiezen is dat Mathias Gidsel (Rechteropbouw van het Deense handbalteam en Füchse Berlin), want hij is een erg vaardige handbalspeler die zowel goed kan passeren als van afstand schieten. Daarnaast scoort hij vaak nog met leuke trucjes.
𝗪𝗮𝗮𝗿𝗼𝗺 𝗶𝘀 𝗩𝗘𝗟𝗢 𝗱𝗲 𝗹𝗲𝘂𝗸𝘀𝘁𝗲 𝗰𝗹𝘂𝗯 𝗼𝗺 𝘃𝗼𝗼𝗿 𝘁𝗲 𝘀𝗽𝗲𝗹𝗲𝗻?
Het is een gezellig handbalclub, waarbij je ook nog op hoog niveau kan handballen.